Vorm een ring van kettingsteken
Begin met een slipknoop. Ketting 4 en slip stitch om mee te doen.
Hoe de rijen te bewerken
Elke rij bestaat uit een draaiende ketting (deze tellen als a half stokje), halve stokjes, lossen en nog meer halve stokjes. Elke rij voegt steken toe om de pannenlap te vergroten en te laten groeien, en de kettingsteken vormen een ruimte die de mijter creëert.
Voor een snelle referentie gaat elke rij als volgt:
- Ketting 2
- Halve stokjes in elke steek
- Halve stokjes in de ruimte haken
- Ketting 2
- Halve stokjes in de ruimte haken
- Halve stokjes tot het einde haken
- Draai
Elke derde rij heeft een extra steek om de rijen gelijkmatig te vergroten. Haak in deze rijen een half stokje in de ketting aan het begin van de ruimte, dan het halve stokje in de ruimte en ga verder zoals gewoonlijk.
Werk de rijen van half dubbel haakwerk en kettingsteek
Met kleur A:
- Rij 1: Ketting 2. Halve stokjes 2. Ketting 2. Halve stokjes 3. Draai.
- Rij 2: Ketting 2. Halve stokjes 2. Halve stokjes in de ruimte. Ketting 2. Halve stokjes in de ruimte. Half stokje in de ketting vanuit de ruimte. Halve stokjes 2. Draai.
- Rij 3: Ketting 2. Halve stokjes 3. Half stokje in de ketting vanuit de ruimte. Halve stokjes in de ruimte. Ketting 2. Halve stokjes in de ruimte. Halve stokje in de l vanuit de ruimte. Halve stokjes 3. Draai.
- Rij 4: Ketting 2. Halve stokjes 4. Halve stokjes in de ruimte. Ketting 2. Halve stokjes in de ruimte. Half stokje in de ketting vanuit de ruimte. Halve stokjes 4. Draai.
Wissel naar kleur B en dan:
- Rij 5: Ketting 2. Halve stokjes 5. Halve stokjes in de ruimte. Ketting 2. Halve stokjes in de ruimte. Half stokje in de ketting vanuit de ruimte. Halve stokjes 5. Draai.
- Rij 6: Ketting 2. Halve stokjes 6. Half stokje in de ketting vanuit de ruimte. Halve stokjes in de ruimte. Ketting 2. Halve stokjes in de ruimte. Half stokje in de ketting vanuit de ruimte. Halve stokjes 6. Draai.
- Rij 7: Ketting 2. Halve stokjes 7. Halve stokjes in de ruimte. Ketting 2. Halve stokjes in de ruimte. Half stokje in de ketting vanuit de ruimte. Halve stokjes 7. Draai.
Wissel naar kleur A, en dan:
- Rij 8: Ketting 2. Halve stokjes 8. Halve stokjes in de ruimte. Ketting 2. Halve stokjes in de ruimte. Hstk in de ketting vanuit de ruimte. Halve stokjes 8. Draai.
- Rij 9: Ketting 2. Halve stokjes 9. Halve stokje in de l vanuit de ruimte. Halve stokjes in de ruimte. Ketting 2. Halve stokjes in de ruimte. Half stokje in de ketting vanuit de ruimte. Halve stokjes 9. Draai.
Wissel naar kleur B en dan:
- Rij 10: Ketting 2. Halve stokjes 10. Halve stokjes in de ruimte. Ketting 2. Halve stokjes in de ruimte. Half stokje in de ketting vanuit de ruimte. Halve stokjes 10. Draai.
- Rij 11: Ketting 2. Halve stokjes 11. Halve stokjes in de ruimte. Ketting 2. Halve stokjes in de ruimte. Half stokje in de ketting vanuit de ruimte. Halve stokjes 11. Draai.
- Rij 12: Ketting 2. Halve stokjes 12. Hstk in de l vanuit de ruimte. Halve stokjes in de ruimte. Ketting 2. Halve stokjes in de ruimte. Half stokje in de ketting vanuit de ruimte. Halve stokjes 12. Draai.
Wissel naar kleur A, en dan:
- Rij 13: Ketting 2. Halve stokjes 13. Halve stokjes in de ruimte. Ketting 2. Halve stokjes in de ruimte. Half stokje in de ketting vanuit de ruimte. Halve stokjes 13. Draai.
- Rij 14: Ketting 2. Halve stokjes 14. Halve stokjes in de ruimte. Ketting 2. Halve stokjes in de ruimte. Half stokje in de ketting vanuit de ruimte. Halve stokjes 14. Draai.
Wissel naar kleur B en dan:
- Rij 15: Ketting 2. Halve stokjes 15. Halve stokje in de l vanuit de ruimte. Halve stokjes in de ruimte. Ketting 2. Halve stokjes in de ruimte. Half stokje in de ketting vanuit de ruimte. Halve stokjes 15. Draai.
- Rij 16: Ketting 2. Halve stokjes 16. Halve stokjes in de ruimte. Ketting 2. Halve stokjes in de ruimte. Half stokje in de ketting vanuit de ruimte. Halve stokjes 16. Draai.
- Rij 17: Ketting 2. Halve stokjes 17. Half stokje in de ketting vanuit de ruimte. Halve stokjes in de ruimte. Ketting 2. Halve stokjes in de ruimte. Half stokje in de ketting vanuit de ruimte. Halve stokjes 17. Draai.
Wissel naar kleur A, en dan:
- Rij 18: Ketting 2. Halve stokjes 18. Halve stokje in de l vanuit de ruimte. Halve stokjes in de ruimte. Ketting 2. Halve stokjes in de ruimte. Half stokje in de ketting vanuit de ruimte. Halve stokjes 18. Draai.
- Rij 19: Ketting 2. Halve stokjes 19. Halve stokjes in de ruimte. Ketting 2. Halve stokjes in de ruimte. Half stokje in de ketting vanuit de ruimte. Halve stokjes 19. Draai.
Eindig.
Maak twee stukken en weef de uiteinden in
Maak twee bijpassende pannenlapstukken met het patroon hierboven. Weven in alle uiteinden.
De twee zijden zijn verschillend, dus draai de stukken zodat de bijpassende zijden naar elkaar toe wijzen.
Begin met de schelpsteekrand
Houd de twee pannenlapstukken bij elkaar en trek een lus door de startring. Ketting 1. Haak 4 enkele haaksteken in de startring.
HDC Shell Stitch-rand rond de rand toevoegen
Werk een half stokje gehaakte schelprand rond de pannenlap en werk door beide stukken om ze vast te zetten. Haak zeven schelpen aan elke kant, met een schelp op elke hoek.
Plaats de schelpen gelijkmatig aan de rijranden en werk tussen de rijen. Sla op de afgewerkte rand een steek uit de hoek over, haak een schelp en haak dan een enkel haakanker in de volgende steek. Sla een steek over, plaats dan nog een schelp, enzovoort.
Sluit je aan bij de rand en maak een einde aan het garen
Wanneer u het begin van de rand bereikt, verbindt u de rand met de eerste enkele haaksteek met een halve vaste. Weven in de uiteinden.